Schriftelijke vragen die het CDA heeft ingediend in de Eerste Kamer over de initiatiefwet partneralimentatie
 

P#14 Facebook en Twitter op 24 maart 2019

Schriftelijke vragen van het CDA in de Eerste Kamer

Vragen over de initiatiefwet partneralimentatie waarbij het CDA aandringt op het nader bekijken van het advies van de Raad van State

- De Raad van State heeft erop gewezen dat de onderzoeken geen eenduidig beeld schetsen voor steun van de huidige termijn van twaalf jaar noch voor steun voor de voorgestelde limitering, zoals door de initiatiefnemers gewenst.

- De leden van de CDA-fractie zien dat in een aantal gevallen de duur van twaalf jaar lang kan zijn en het niet bevorderend werkt voor alimentatiegerechtigden om zelfstandig het leven te hervatten. Aan de andere kant zijn er situaties denkbaar dat, met name bij een langdurig huwelijk – langer dan vijftien jaar – de positie van de alimentatiegerechtigden niet benijdenswaardig kan zijn.

- Het CDA vraagt of er ook schrijnende situaties kunnen voorkomen voor de beschreven uitzonderingen. Bijvoorbeeld bij kinderen ouder dan 12 jaar en 50+ers zonder betaald werk.

- Ook vraagt het CDA of de initiatiefnemers en de regering nog een keer kunnen aangeven wat precies het probleem is van de huidige duur van de partneralimentatie.

 
Onze reactie:
De Eerste Kamer zou ons inziens de Raad van State nogmaals een advies moeten vragen. Daarbij kunnen de vragen van het CDA worden meegenomen.
 
Nadere toelichting:
Zoals bij elke nieuwe wet wordt altijd het advies van de Raad van State ingewonnen, zo ook bij deze initiatiewet. De Raad van State vraagt op haar beurt advies van deskundigen. Op 8 september 2016 werd het advies van de Raad van State samen met de reactie van de initiatiefnemers gepubliceerd. Daarna hebben Tweede Kamerleden en belangenorganisaties gereageerd. Naar aanleiding van de fnuikende kritiek is op 14 maart 2017 een herziene versie van de wet uitgekomen, met twee essentiële wijzigingen. De initiatiefnemers vonden het niet nodig om opnieuw het advies van de raad van State in te winnen. De Tweede Kamerleden zijn hier 11 december 2018 mee akkoord gegaan.
 
In feite blijven door het niet inschakelen van de Raad van State belangrijke vragen onbeantwoord.