Schriftelijke vragen die D66 heeft ingediend bij de commissie Justitie en Veiligheid in de Eerste Kamer over de initiatiefwet partneralimentatie
 

P#17  Facebook en Twitter op 14 april 2019

Schriftelijke vragen van D66 in de Eerste Kamer

Wat houdt het voorstel voor partneralimentatie in en welke uitzonderingen zijn er? 
- De duur van de partneralimentatie bedraagt de helft van de duur van het huwelijk met een maximum van 5 jaar. 
- Hierbij zijn er twee uitzonderingen, nl bij huwelijken met kinderen die jonger zijn dan 12 jaar is de duur van de partneralimentatie maximaal 12 jaar én bij huwelijken die langer dan 15 jaar hebben geduurd en de leeftijd van de alimentatiegerechtigde (meestal de vrouw) ten hoogste 10 jaar lager is dan de AOW-leeftijd (vanaf 57 jaar), is de partneralimentatieplicht maximaal 10 jaar. 
3. Na veel kritiek vanuit de Tweede Kamer is er een nieuwe nota opgesteld met een wetswijziging voor 50+ers die 15 jaar of langer zijn gehuwd. Ook zij hebben recht op 10 jaar partneralimentatie. Na 7 jaar komt deze uitzondering te vervallen.
 
Welke vragen heeft D66 ingediend over de uitzonderingen in de wet?
- Waarom is bij kinderen gekozen voor de specifieke leeftijd van twaalf jaar?
- Waarom is bij 50+ers voor de specifieke termijn van zeven jaar gekozen? Met de Raad van State zien de Eerste Kamerleden van D66 dat de werkelijkheid van verdeling van zorg en werk (nog) niet gelijk is. Het streven van een gelijke werkverdeling is een mooi doel om te onderschrijven. Echter ... zien de initiatiefnemers over zeven jaar een werkelijkheid voor zich die maakt dat de genoemde uitzondering niet meer wenselijk zal zijn?
 
Onze reactie:
Betekent de vraag van D66 dat zij geen werkelijkheid voor zich zien dat 50+ vrouwen binnen 7 jaar economisch zelfstandig zullen zijn? Terwijl dat de hele legitimatie van het wetsvoorstel is. Die twijfel is eigenlijk zo fundamenteel dat als de Eerste Kamerleden ter zijner tijd toch voor dit wetsvoorstel gaan stemmen, D66 een motie gaat indienen om de uitzondering voor 50 + vrouwen permanent in plaats van tijdelijk te maken? 
 
De initiatiefnemers hebben vanwege alle bezwaren die Tweede Kamerleden hadden met betrekking tot de arbeidspositie van oudere vrouwen na een lang huwelijk een overgangsregeling gemaakt voor 50+ers. Na 7 jaar wordt deze uitzondering echter opgegeven. Dit betekent volgens ons dat ze met 60 jaar alsnog in de bijstand komen wanneer ze intussen geen betaalde baan hebben gevonden. 
 
Wij vinden dat alle termijnen die in de voorgestelde wet genoemd worden getuigen van willekeur. En dat vanwege de vele ingrijpende wijzigingen van deze wet de Raad van State nogmaals om advies moet worden gevraagd.